Dat het woord ‘kanker’ voor ons als volwassenen meer lading heeft dan voor kinderen, merkte een juf op na de zomervakantie. Tijdens het kringgesprek vertelt een leerling dat ze in de vakantie naar Frankrijk was geweest. Ze logeerde eerst in een huisje met een eigen zwembad. Terloops volgde daarop de opmerking; “En daarna heb ik ook nog een week bij oma gelogeerd, want mijn mama heeft kanker.”.
Veel mensen vinden het moeilijk en weten niet goed hoe en op welk moment ze hun kind(eren) moeten vertellen dat ze kanker hebben. Hier is echter geen handboek voor, want ieder gezin en situatie vraagt om een ander script; heb je jonge of oudere kinderen, wat is de diagnose/prognose, wat is al bekend over het traject van behandeling, etc.?
Kinderen leggen met kanker immers de link naar ziek zijn, doodgaan en een kaal hoofd.
Emoties zoals angst en onzekerheid zijn namelijk aanwezig, maar ook boosheid, dwars en opstandig gedrag kunnen kinderen laten zien. Onbewust voelen kinderen aan wat er speelt. Ze vinden het vaak lastig om hun gevoel onder woorden te brengen of om het gesprek hierover aan te gaan door de hoeveelheid emoties die ontstaan.
Als ouder(s) is het dus belangrijk om eerlijk en open te zijn over wat kanker is en wat er staat te gebeuren voor zover dat al bekend is. Belangrijk is om de kinderen te betrekken bij het proces en informatie te geven over wat chemo en bestraling is. Want regelmaat en ritme blijven belangrijk voor kinderen, dus laat zoveel mogelijk het dagelijks leven doorgaan.
Als coach weten we dat ‘er over praten’ het beste werkt. Met als gevolg dat ‘kanker’, ‘chemo’, ‘bestraling’ en een kaal hoofd regelmatig onderwerp van gesprek zal zijn in het gezin. Al met al best pittig, maar het is nu eenmaal de situatie waar niet alleen de volwassenen, maar ook de kinderen mee geconfronteerd worden. Elke dag weer opnieuw.